Validiteit en betrouwbaarheid in interviews

Waar moet je op letten?

Bij elk onderzoek dat je uitvoert, is het belangrijk dat het zowel valide als betrouwbaar is. Ook bij interviews zijn validiteit en betrouwbaarheid cruciaal. Het is bijvoorbeeld essentieel dat je interviewvragen valide zijn en dat de manier van interviews afnemen steeds gelijk is. Wat houdt dat alles precies in? Waar moet je concreet op letten als interviewer? Dit zijn de belangrijkste aandachtspunten.

Wat zijn validiteit en betrouwbaarheid bij interviews?

Validiteit en betrouwbaarheid zeggen iets over de kwaliteit van jouw onderzoek en over de mate waarin de resultaten kloppen.

  • Validiteit gaat over de mate waarin je daadwerkelijk meet wat je wilt meten. Zijn jouw interviewvragen bijvoorbeeld een goede manier om deze ene variabele te meten? 

  • Betrouwbaarheid gaat over de mate waarin jouw onderzoek te repliceren is. Oftewel: zou een andere onderzoeker die precies doet wat jij hebt gedaan tot dezelfde resultaten komen? Soms is het zo dat meetfouten of toevallige fouten de resultaten beïnvloeden. 

Overigens zijn er zowel verschillende soorten validiteit als verschillende soorten betrouwbaarheid. Je begeleider kan je vaak meer vertellen over welke soorten voor jouw scriptie van toepassing zijn. Dit hangt ook af van het soort interview dat je afneemt.

Validiteit bij interviews

Bij interviews heb je vaak te maken met de volgende vier soorten validiteit: 

  • constructvaliditeit;

  • ecologische validiteit;

  • interne validiteit;

  • externe validiteit.

Constructvaliditeit

Constructvaliditeit gaat erover of de gebruikte interviewvragen een goede manier zijn om te meten wat je wilt meten. Constructvaliditeit is essentieel: als je onderzoek niet valide is in dit opzicht, kun je geen conclusies trekken op basis van de afgenomen interviews. Voor de constructvaliditeit is het belangrijk dat je goed nadenkt over de vragen die je stelt. Leg ze bij voorkeur ook voor aan een aantal proefpersonen tijdens een pilot. Dan kun je testen of de vragen inderdaad volledig helder zijn. 

Vraag bijvoorbeeld niet “Wat is jouw mening over de kantine?”. Daar zal je heel verschillende antwoorden op krijgen. Wees specifiek in je vraagstelling. Vraag bijvoorbeeld liever “Wat vind je van de variatie aan lunchopties in de kantine?” of “Vind je dat er voldoende zitplekken zijn in de kantine?”.

Ecologische validiteit

Je interviewonderzoek is ecologisch valide als de resultaten ook van toepassing zijn op de echte wereld (buiten de interviewsituatie om). Hiervoor is het met name belangrijk dat je een vertrouwde interviewsetting creëert. Als je mensen in een laboratorium interviewt, reageren ze bijvoorbeeld mogelijk anders dan wanneer je ze in een natuurlijke setting of op straat een vraag zou stellen.

Met deze tips kun je de ecologische validiteit bij interviews verhogen:

  • Laat de interviews plaatsvinden in een zo natuurlijk mogelijke setting (dus liever in een natuurlijke situatie dan in een laboratoriumsetting). 

  • Neem de interviews bij voorkeur allemaal op dezelfde plek of een soortgelijke plek af, zodat de omgeving de antwoorden niet kan beïnvloeden.

Interne validiteit

De interne validiteit speelt een rol als je met de interviews een causaal verband tussen twee variabelen wilt aantonen. Interne validiteit houdt in dat het mogelijke verband tussen een afhankelijke en onafhankelijke variabele niet door andere variabelen te verklaren is. Je moet kunnen uitsluiten dat dit het geval is. 

Stel: jij onderzoekt of er een verband is tussen het koffiegebruik van studenten in de ochtend en hun concentratievermogen ‘s ochtends. Het koffiegebruik kan inderdaad hun concentratievermogen verbeteren, maar ook andere factoren kunnen de concentratie beïnvloeden. Denk aan nachtrust, hoe interessant het studieonderwerp is en of iemand wel of niet ontbijt ‘s ochtends. Daarom wil je ook checken of dat soort variabelen niet meespelen.

Voor de interne validiteit van interviews is het volgende belangrijk:

  • Stel vragen over alternatieve variabelen die ook kunnen meespelen (zoals nachtrust en wel/niet ontbijten in het voorbeeld hierboven).

  • Zorg ervoor dat de omstandigheden bij elk interview gelijk zijn (denk aan de plek waar je de interviews afneemt, de vraagvolgorde en de vraagstellingen).

  • Gebruik een protocol als je de interviews door meerdere onderzoekers laat afnemen.

Externe validiteit

Bij externe validiteit draait het erom dat je jouw resultaten kunt generaliseren naar een grotere groep mensen of situaties. Daarvoor is het vooral van belang dat je steekproef representatief is. 

Voor het verhogen van de externe validiteit kun je bijvoorbeeld op het volgende letten:

  • Neem een steekproef die groot genoeg is. (Je begeleider kan je waarschijnlijk advies geven over hoeveel mensen je minimaal nodig hebt.)

  • Selecteer de respondenten willekeurig (kies bijvoorbeeld niet alleen maar mensen die je persoonlijk kent). 

  • Stel heldere criteria op voor de steekproef en check of iedereen daaraan voldoet.

  • Zorg ervoor dat je steekproef voldoende divers is. Stel je voor: jij wilt conclusies trekken over alle 35-jarigen in Nederland. Dan wil je in je steekproef niet alleen mensen hebben uit Gelderland en Overijssel, maar ook mensen uit andere delen van Nederland.

Betrouwbaarheid bij interviews

Aangezien dit artikel over validiteit én betrouwbaarheid bij interviews gaat, gaan we ook wat dieper in op betrouwbaarheid. Hiervoor is het vooral belangrijk dat je consistent te werk gaat bij de interviews. Zo voorkom je dat jouw manier van interviewen of andere omgevingsfactoren de antwoorden van de geïnterviewde beïnvloeden.

Dit zijn een paar belangrijke punten om op te letten:

  • Stel de interviewvragen steeds op dezelfde manier. Maak een protocol waarin je de vraagstellingen, de introductie aan het begin en het verloop van de interviews beschrijft. 

  • Nemen meerdere mensen de interviews af? Stel richtlijnen op voor hoe de interviews moeten verlopen en hoe de interviewers de vragen stellen. Wees hierin zo concreet mogelijk. 

  • Gebruik steeds dezelfde volgorde van vragen, zodat de vraagvolgorde de interviewantwoorden niet kan beïnvloeden.

Zorg er verder voor dat je in het methodehoofdstuk zo specifiek mogelijk beschrijft hoe de interviews zijn verlopen en welke stappen je hebt gezet. Dat maakt het onderzoek beter repliceerbaar en reproduceerbaar.

Meer tips voor jouw scriptie-onderzoek?

Je weet nu een stuk meer over betrouwbaarheid en validiteit bij interviews. Daarnaast zijn er andere belangrijke zaken om op te letten als je voor jouw onderzoek met interviews werkt. Lees ook onze artikelen over de volgende onderwerpen:

Ben je na het afnemen van alle interviews je scriptie aan het schrijven en heb je je twijfels over jouw taalgebruik, structuur of rode draad in je scriptie? Laat onze editors je scriptie nakijken! Dan krijg je je scriptie al binnen 24 uur foutloos en met helpende feedback terug.